e7
 
Bunkernummer
E7
Oud Bunkernummer
BE8
Lokatie
Eke
Toegankelijkheid
Volledig afgesloten
Aantal kamers

2 achteraan verbonden kamers en een sas.

Aantal schietgaten
1
Type geschut
1 x MI
Bijhorende vuurrichting
Zuid - Zuidoosten

Korte beschrijving van de bunker

  • Uitwendige kenmerken.
  • Het geheel was ommuurd met baksteen maar werd niet gecementeerd zoals in het bestek terug te vinden is.
  • Al het houtwerk was standaard uitgevoerd in Noors rood dennenhout tenzij anders vermeld.
  • Aan de voorzijde had het bunkertje 2 valse ramen waarvan alleen het rechtse een schietgat verborg. Daarnaast had hij ook nog een bijkomend vals raam op de linker zijkant.
  • Op het bestek is voor dit bunkertje merkwaardig genoeg sprake van 3 gegalvaniseerde plaatijzeren luiken waarbij hierop bijkomend houten raamprofielen werden gekleefd om deze nog meer expliciet het uitzicht van een echt raam te geven. In dit geval zouden deze maar geopend hebben in 1 richting en elk 0,80m x 1,00m (BxH). Dit zijn ten eerste zeer merkwaardige afmetingen omdat de luiken voor schietgaten in het algemeen werden gemaakt op een grootte van 1,00m x 1,40m (BxH). Ook hier opnieuw de vraag waarom versterkte luiken met plaatijzer voor luiken die enkel valse ramen verbergen gezien deze bunker maar 1 schietgat had. Mogelijks betreffen dit ook opnieuw fouten in het originele bestek.
  • Allicht zal deze uitleg in dit geval meer kloppen met wat werd uitgevoerd:
  • Het enige schietgat op de linker mitrailleurkamer was afgesloten met 2 luiken in gegalvaniseerd plaatijzer, openend in 2 richtingen, elk 0.50m x 1.40m (BxH). Op dit plaatijzer waren houten ramen gekleefd om het geheel nog explicieter het uitzicht van echte ramen te geven.
  • Daarnaast was op de voorzijde van de rechter kamer en het valse raam op de linker zijkant. Deze waren vrij identiek uitgewerkt als deze voor het schietgat met als enig verschil dat deze waren opgebouwd op een gefixeerde gegalvaniseerde plaat van 1.00m x 1.40m (BxH).
  • De dakstructuur was opgetrokken in de vorm van een zadeldak in hout met als dakbedekking grijze asbestleien.
  • Het toegangssas was voorzien van een klein plat dakje. Als afvoer voor het regenwater was hierbij bijkomend een dolfijn in gietijzer (1,50 meter lang) voorzien in combinatie met 1,20 meter zinken buis van diameter 10 cm.
  • Het toegangscomplex bevatte een sterfputje.
  • Bij de bunkers met mitrailleurkamer(s) was de toegang tot de eigenlijke gevechtsruimtes van de bunker gescheiden van het sas door middel van een gepantserde metalen deur van 0.86m x 1.82m (BxH) met zonneblinden, omlijsting en luikje voor toegangsverdediging.
  • De eigenlijke toegang bij de inkom was op zijn beurt afgesloten met een metalen traliehekje van 0.90m x 1.82m
  • In elke mitrailleurkamer was daarnaast standaard aanwezig:
    • 3.50 meter etagères met leggers in inlandse eik.
    • Een inlands eiken plankje van 0.32m x 0.12m x 0.06m met ijzeren steunen voor de plaatsing van een kogelpers. (nutteloos in de commandokamer maar meestal toch aanwezig)
    • 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
    • 1 chardome en chardomeplaat voor de standaard opstelling van een Maximmitrailleur. Deze laatste was niet aanwezig in de commandokamer (de kamer zonder schietgat)
  • Ventillatiegaten waren aan de buitenzijde aan de bovenzijde afgesloten met een koperen geperforeerde afdekplaat om ingooien van projectielen naar binnen onmogelijk te maken.
  • In der tijd moesten de beplantingen rondom de bunker zoveel mogelijk bewaard blijven in het belang van de camouflage. Zo liep er achter het onteigende domein een haag die bewaard werd en waarin een toegangspoortje werd voorzien naar het onteigende perceel. Dit perceeltje was op zijn beurt volledig met een draad afgescheiden van de rest van het domein.
  • Op het terreintje dat werd onteigend stonden origineel al 4 boompjes. 2 ervan dienden gerooid te worden. De andere 2 dienden als camouflage bewaard te blijven.
  • In december 1934 zou er op project B nog een correctie volgen op heel wat van de bestaande plannen. Zo zal worden gevraagd het dakniveau met 30 cm te verlagen en de bunker op die wijze 30 cm dieper in de grond te steken. Hiervoor dienden bijkomend alle ventillatiedoorgangen en granaatwerpgaten gecorrigeerd te worden binnen het op te richten gebouw. Om dit nieuwe niveauverschil te corrigeren diende bijkomend in het sas een betonnen trap voorzien te worden met 2 treden naast het reeds voorziene sterfputje. De ruimte voor sterfput en toegang werd hiervoor intern iets langer uitgewerkt.
  • Het bunkertje had origineel het uitzicht van een conciërgewoning bij het kasteel.
  • Structuur.
  • De bunker bevat twee achteraan verbonden kamers en een sas.
  • Er was slechts 1 kamer die een schietgat had, het betrof een typisch commandobunkertje.
  • De bunker had geen oreillon.
  • Opmerkingen.
  • Het is de meest zuidelijke steunliniebunker en tevens commandobunker van het steunpunt Eke. Hij lag iets noordelijker van E5 (135 m). Hij gaf dan ook rugdekking aan deze bunker.
  • Hij ligt centraal tussen een aantal andere bunkers van het steunpunt, namelijk E6 (135 m), E8 (120 m), en E9 (240 m).
  • De bunker was in zijn mitrailleurkamer standaard voorzien voor een Maximmitrailleur. Daarnaast had hij ook nog de mogelijkheid voor de opstelling van een Hotchkiss- of Coltmitrailleur.
  • Voor de bouw van de bunker werd een stuk grond onteigend van 1 are 32 ca van het perceel Eke sectie A kadastraal perceel 831u dat op zich deel uitmaakte van een veel groter perceel gekadastreerd als tuin van het kasteel van Eke. Het onteigende stukje vormde de noordoostelijke hoek van dit grotere perceel.
  • Om het terrein ten allen tijde te kunnen bereiken, werd er een permanente erfdienstbaarheid voorzien over een strook van 2 meter breed. Deze liep op een smalle noordelijke strook tussen bunker en noordkant van de tuinen van het kasteel, perceel 831h. Vermoeldelijk liep er dus toen een pad achter de huidige bunker en niet ervoor zoals het nu is. Deze erfdienstbaarheid liep op deze wijze over een lengte van 24.90 meter tot aan de huidige toegang van het kasteel. Hier werd dan gebruik gemaakt van het daar bestaande brugje dat dat reeds werd voorzien als tijdelijke en permanente erfdienstbaarheid binnen de akte van de bunker E5.
  • Voor de bouw van de bunker diende deze strook van 2 meter voor een periode van 8 maanden na het tekenen van de akte uitgebreid te worden tot een strook van 5 meter breed om de bouw van deze bunker mogelijk te maken. Deze uitbreiding gebeurde noordelijk van de eerdere gemelde permanente erfdienstbaarheid.
  • Op de terreinen van ditzelfde kasteel zouden trouwens nog 2 bunkers onteigend worden van dezelfde eigenaar, namelijk de bunkers E4 en E5.
  • De bijhorende akte werd niet zoals de 2 andere aan dezelfde eigenaar getekend voor akkoord op 9 januari 1935. Ook voor deze akte werd een vrij hoge prijs van 9000 BEF uitbetaald.
  • De akte werd afgehandeld met Mr Gomar Van Heuverswijn, een Nijveraar wonende te Kruishoutem die optrad als gevolmachtigde voor de eigenlijke eigenaar van het terrein, Mr Karel Bals, die woonachtig was in Nebraska (USA).
  • Daarnaast bevatte de akte ook een clausule voor een jaarlijkse intrest op dit bedrag van 5% wat in dit geval toch neerkwam op het aanzienlijke bedrag van 450 BEF per jaar.
  • Erfdienstbaarheden, zowel de permanente om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, als de tijdelijke die standaard werden in de aktes voorzien met een termijn van 8 maanden voor de bouw van de bunker mogelijk te maken, gingen net zoals het uitkeren van toegekende intresten pas in voege, van zodra de eigenlijke werken voor de bouw van de bunker werden aangevat, ongeacht de tijdsperiode die op die manier verstreek tussen aankoop van de gronden en de eigenlijke bouw van de bunker zelf.
  • Ondanks dat het terrein voor de bouw van de bunker ooit werd onteigend kreeg dit in het toenmalige kadaster geen nieuw kadasternummer of aparte index toegekend.
  • Van de originele kadasternummers is heden niets meer terug te vinden. Alles is heden opnieuw samengevoegd als perceel 831c3.
  • Het was een commandobunker op het steunpunt Eke.
  • Heden ten dage is de bunker vergaan tot een blok volledig omgeven met klimop.
  • Sommige momenten van het jaar komt hij echter wel wat kaler te staan en dan zie je rond het valse raam en het schietgat nog wel wat baksteenresten opduiken. Deze heeft hij ook nog vrij veel aan de kant van het toegangssas.
  • In de jaren '90 heeft men het bunkertje ooit volledig geverfd in de raarste kleuren. Er was onder andere ook een vredesduif opgeschilderd op de linker zijkant. Dit is er de oorzaak van dat het bunkertje hier en daar onder de klimop nog merkwaardige verftinten draagt. Geen enkele van de nog te bespreuren kleuren is nog origineel. Het is dus onnodig achter de resterende tinten veel camouflagebetekenis te gaan zoeken.
  • Wel heb ik de indruk dat het schietgat na de oorlog net als het deurgat extra dichtgemetst is geweest. Het dichtmetsen van het deurgat is zeker niet origineel vanuit de jaren '40. Het is uitgevoerd voor de eigenlijke toegang. Men ziet duidelijk aan de bovenkant nog de restanten van het originele dichtmaken van de bunker, in hetzelfde vlak dan het beton van de eigenlijke bunker. Ik sluit niet uit dat de bunker dan ook vroeger al geopend geweest is en nu weer al enkele tientallen jaren afgesloten is, allicht omwille van zijn situering op een schoolterrein.
  • Het terrein is allicht ondertussen wel lichtelijk opgehoogd waardoor het schietgat tegen de grond of zelfs onder het huidige maaiveld moet zitten. Dit kan ook gewoon zijn doordat vallende bladeren door de jaren door het terrein hebben opgehoogd.
  • Gezien zijn locatie op de linie heeft de bunker allicht nooit echt sporen van strijd gedragen.
  • Het bunkertje zijn aandeel in het bouwproject B bedroeg origineel 48.649,21 Bef. Dit was op zich al een zeer kleine misrekening want op basis van gerekende hoeveelheden en eenheidsprijzen zou men tot een prijs van 48.643,90 Bef hebben gekomen. Met inbegrip van wat gemeenschappelijke kosten zoals onder andere de niet individueel verdeelde beplantingen moet deze prijs allicht opgetrokken worden tot 48.858,21 Bef. Als men hier nog eens een aantal zaken gaat bijtellen die niet dienden ingecalculeerd te worden door de bouwfirma's maar rechtstreeks werden aangeschaft door de militaire overheid zoals bv chardomes, koepels, ventillatoren,... moet de totale kostprijs ongeveer op 49.008,21 Bef hebben gelegen.
  • Ter info: 1 BEF in 1934 komt ongeveer overeenkomt met een bedrag van 74 BEF (1.84€) in 2013, een "factor 74" dus.

Routebeschrijving om deze bunker te vinden

  • De bunker ligt in de voortuin van het kasteel komende vanaf de kerk van Eke, op de rechter kant van de Oude Steenweg. Hij ligt op de rechter kant van het toegangspad, een twintigtal meter achter het toegangshek. Op hetzelfde terrein stond ook nog E5 (in 2006 gesloopt).
Bijhorende foto's
Voorstudie van deze bunker. Je krijgt hier in feite een kruispunt dat door 3 bunkers werd onder vuur gehouden, uit 3 richtingen. E5 en E6 stonden al in hoek opgesteld. E7 neemt dan op zijn beurt volledig de parallelweg zuidelijk komend naast de steenweg volledig voor zijn rekening.
Detail uit deze zelfde voorstudie.
Onteigeningsschets horende bij de akte voor deze bunker. Het onteigende perceeltje lag volledig noordelijk van het grote perceel 831u. Er was enkel nog een noordelijkere smallere strook die allicht als toenmalige rondgang over het noordelijke terrein diende. Deze strook werd ook opgeëist voor de erfdienstbaarheden.

Terreinschets zoals terug te vinden bij de bouwplannen. Het terreintje was in dit geval wel volledig omgeven met een draad en de toegang zat achteraan met een poortje doorheen een toen reeds bestaande haag.

Op het terreintje stonden origineel 4 bomen. 2 dienden gerooid te worden. Het boompje voor en links achter de bunker dienden behouden te blijven.

Grondplan van dit volledig onder de klimop zittend, verborgen commandobunkertje.
Doorsnede AB bij bovenstaand grondplan.
Doorsnede CD bij bovenstaand grondplan. Opnieuw had het sas een plat dakje.

Actueel kadasterplan van dit terrein anno 2015. Ook van dit bunkertje op het huidige kadaster geen melding.

Het originele terrein is heden allemaal perceel 831c3 geworden.

Rechter zijkant en achterkant van de bunker anno 1995. Toen was de bunker allicht in een soort vredesproject volledig geschilderd in allerhande bonte kleuren. Zicht op de toegangsdeur die in een latere periode opnieuw blijkt dichtgemetst te zijn. Ook had het bunkertje een plat dakje op zijn sas. voor de rest had de bunker een zadeldak in grijze asbestleien. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Linker zijaanzicht waarop een vredesduif geschilderd werd. Onder de duif ook nog de restanten van een vals raam. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)
Zicht op de bunker achter het toegangshek anno 2006.
e7
Zicht op de linker zijkant en voorkant van de bunker, grotendeels verborgen onder de klimop.
e7
De rechter voorkant van de bunker. U ziet hierbij het enige schietgat, al zit het vermoedelijk volledig tegen de grond of zelfs verborgen onder de grond.
voorkant rechts van de bunker E7
Detail van de bovenkant van het schietgat met blauwe niet-originele verfresten op de bovenkant van het nepraam. (zie foto's uit 1995)
bovenkant van schietgat
Deels van klimop ontdane achterkant van de bunker. Hier ziet men nog duidelijk originele baksteenresten.
achterkant bunker
Zicht op de opnieuw dichtgemetste toegang.
detail nog dichtgemetste toegang
Onder de klimop vindt men ook nog deze groene verfresten. Opnieuw niet origineel zoals te zien op de foto's uit 1995.
e7
 
Vorige (E6)
Vorige (E6)
Volgende (E8)
Volgende (E8)